ROTSOORD GESCHIEDENIS

Rotsoord was een buitenplaats gelegen aan de oostoever van de Vaartsche Rijn in de Nederlandse stad Utrecht, daterend uit de 17e eeuw.

De bouwer van deze buitenplaats, Adrian van Oort, ging hier rond 1668 samen met zijn oudste zoon in wonen. Naast Rotsoord liet Adrian van Oort nog twee huizen bouwen (of verbouwen) voor zijn beide andere zoons Johannes en Bernard die de naam "Rotswijk" en "Rotsenburg" kregen. Ook bezat Adrian van Oort buitenplaats De Liesbosch en een steenbakkerij, allen gelegen aan de Vaartsche Rijn. Rotsoord zag er imponerend uit. Het oorspronkelijke achthoekige middengedeelte bezat een bijzonder grote koepel, met op de hoeken vier torens. De stenen die gebruikt werden kwamen van Adrian van Oorts eigen steenfabriek. Voor de verkleding werden misbaksels gebruikt, mondsteen genoemd, met een rotsachtig effect. Hieraan ontleende het huis zijn naam. Vermoedelijk werd ook bij de twee andere huizen deze soort stenen gebruikt. Nadat Rotsoord in 1840 erg in verval was geraakt, werd besloten het af te breken en te vervangen door een nieuw huis dat dezelfde naam kreeg. Dit huis verdween echter een eeuw later ook en maakte plaats voor de Utrechtse Machinale Stoel- en Meubelfabriek (UMS), beter bekend als Pastoe. Alles wat er bewaard bleef, was een 17e-eeuws paviljoentje dat uiteindelijk in 1962 ook moest wijken en werd afgebroken.

Het pakhuis aan Rotsoord 13 staat gedeeltelijk op de plek waar buitenplaats Rotsoord stond.

Rotsoord, het voormalige industrieterrein in Hoograven dat binnen enkele jaren moet transformeren tot de creatieve hotspot ‘De Trip’, lijkt sinds enkele weken zijn oude status te hebben teruggekregen. In de 17e eeuw lagen er dikwijls bergen misbaksels van de aldaar gevestigde steenbakkerijen. Momenteel ligt er een berg puin, de restanten van de inmiddels gesloopte gebouwen van De Boo Bouwmaterialenhandel, dat er jaren gevestigd was. Als een eiland in de stad heeft Rotsoord door de eeuwen heen zijn eigen karakter ontwikkeld. De rijke industriële geschiedenis gaat terug tot de Middeleeuwen en wordt voor een groot deel gekenmerkt door de aanwezigheid van steenbakkerijen.

De Utrechtse tegelbakker Ariaen Frans liet in de 17e eeuw een buitenplaats bouwen die hij Rotsoord noemde. De naam verwijst naar de paars-rode rotsachtige steensoort dat als misbaksel tijdens het bakproces ontstond en waarmee de gevels van de buitenplaats Rotsoord werden versierd.

Het gebied groeide uit tot een industrieterrein aan de rand van de stad, maar werd in latere jaren ingesloten door de Rivierenwijk, Tolsteeg en Hoograven. In 2010 heeft ontwikkelaar Jebber het terrein van De Boo Bouwmaterialenhandel verworven, dat lange tijd aan de Briljantlaan op Rotsoord was gevestigd. Doel: het voormalig bedrijventerrein transformeren tot een levendig gebied met starterswoningen en creatieve bedrijvigheid. Inmiddels draagt het project de naam ‘De Trip’. De naam refereert aan de erven Trip, die in 1820 eigenaars werden van het terrein. Na de sloop van de gebouwen van De Boo ligt Rotsoord er tijdelijk weer even bij als het Rotsoord uit de 17e eeuw, destijds basis voor menig steenbakkerij.

Overigens kent Rotsoord nog veel gebouwen die de verhalen van de latere industriële periode vertellen, zoals de watertoren en het gebouw van firma Ondix. Het bekendste gebouw op Rotsoord is de Pastoe Fabriek.